BERGWANDELING BERNER OBERLAND
Traject Leukerbad - Blümlisalphütte - Mürren
Eiger (3970 m) - Mönch (4099 m) - Jungfrau (4158 m)
Het Berner Oberland ligt in het zuiden van het kanton Bern op de grens met het kanton Wallis. Het strekt zich uit van Les Diablerets in het westen tot Meiringen in het oosten en is een van de oudste vakantiegebieden van Zwitserland. De 'Playground of Europe', de speelplaats van Europa, zo doopten de Engelsen het door hen eind vorige eeuw 'ontdekte' Berner Oberland. De Zwitsers noemen het iets bescheidener 'onze mooie kamer'. Zulke aardige beschrijvingen klinken elke bezoeker, die oog in oog staat met de beangstigende hemelhoge rotsmuren en het tot ijs verstorven tumult van de oerkrachten, twijfelachtig in de oren.
In werkelijkheid toont dit middelpunt van de Zwitserse Alpen op een beperkte oppervlakte de volledige veelsoortigheid van het alpenlandschap. Daarbij zijn er zulke grote tegenstellingen tussen lieflijkheid en woestheid, dat de mens nauwelijks kan bevatten wat hij van het ene op het andere ogenblik ziet. Men beschouwt het Berner Oberland niet voor niets als een van de mooiste gebieden op aarde. Je vindt er imposante bergen met besneeuwde toppen en rotsige noordwanden, afgewisseld met rijkelijk begroeide dalen, frisgroene weiden, wilde beken en kletterende watervallen, bossen, blauwe meren, leuke dorpjes en kabelbanen naar prachtige uitzichtpunten.
Het Berner Oberland is dus bij uitstek een gebied voor bergwandelingen, die alle facetten van het alpenlandschap heel dichtbij brengt. Zo ook deze bergwandeltocht, die je een paar dagen door het hart van het Berner Oberland voert. Het is een pittige bergwandeling, waarvoor een goede conditie vereist is. Je gaat echter niet door moeilijk alpien terrein en er worden geen gletsjers overgestoken. Wel zijn enkele stukken erg steil, maar ze zijn zeer goed gemarkeerd en overal waar nodig voorzien van staaldraad ter zekering. Het eventueel wel aan te raden om een touw mee te nemen. Bij nat weer kan het op sommige plaatsen glad worden.
ROUTEBESCHRIJVING
De bergwandeltocht start vanuit het Rhônedal in het Kanton Wallis. Startplaats is Leukerbad. Reeds de weg erheen biedt een contrastrijk landschapspanorama in de beste Walliser traditie: eerst het middeleeuwse met wijnhellingen omringde stadje Leuk, dan het romantische Dala-dal, en tenslotte in het door rotsen omsloten daleinde het aantrekkelijke Leukerbad. Via een inspannende klim over de Gemmipass komen we naar het Berner Oberland en lopen in de coulissen van het hooggebergte van dat Berner Oberland met beroemde bergtoppen als Jungfrau (4158 m), Mönch (4099 m) en Eiger (3970 m) naar Mürren.
DAG 1.
Leukerbad (1401 m) - Gemmipas (2314 m) - Daubensee (2205 m) - Schwarenbach (2061 m) - Stock (1834 m) - Kandersteg (1176 m)
Stijgen: ca. 900 m.
Dalen: ca. 1150 m.
Voor de wandeling van vandaag staat allereerst de weg van Leukerbad (1401 m) naar de Gemmipas (2314 m) op het programma: een niet gemakkelijke, altijd stijgende wandeling over een van de knapst aangelegde wandelwegen in de Alpen, uitgehakt in een 600 meter loodrecht oprijzende rotsmuur. Ondanks het angstaanjagende uitzicht en de hangbruggen gaat het hier om een wandelweg. Je moet wel een geoefend wandelaar en zelfverzekerd zijn en letten op eventuele steenslag (vooral in het voorjaar en in de herfst na sneeuwval).
In vroeger eeuwen had men echter al een heel net van lastdierwegen en doorgangen door het labyrinth van het gebergte van zuid naar noord en omgekeerd. Hiervan was de Gemmipas de beroemdste. Er bestond zelfs een soort 'verkeersverdrag' uit het jaar 1522 tussen de stad Bern en de bisschop van Sion. In dat verdrag was bepaald dat alle onenigheid over het gebruik van de weg schriftelijk geregeld moest worden. De in steen uitgehouwen weg was het werk van de families die de weg tussen 1739 en 1741 aanlegden en tol hieven.
Onze weg begint bij het station van de kabelbaan aan het noordelijke uiteinde van het dorp en voert aanvankelijk licht omhoog over stijgende weiden, gruishellingen en door naaldbossen aan de voet van de in prachtige steenlagen oprijzende wand van de Plattenhörner. Na een dwarsweg bereiken we een smalle rotskloof, waarlangs de weg zich in adembenemende haarspeldbochten door reeksen hellingen, holronde openingen in de bergwand en langs grasranden naar de top van de pas slingert.
Gemmipass (2314m)
Als we de pashoogte bereiken, hebben we een schitterend uitzicht. Het landschap is hier buitengewoon: 900 meter lager naar het zuiden liggen vlak onder je de huizen van Leukerbad, en verder de nog 800 meter dieper liggende bedding van de Rhöne. Naar het westen rijst de Wildstrubel met haar 3244 meter omhoog en naar het noorden kijk je uit op de Daubensee.
We lopen voorbij het berghotel Wildstrubel en passeren ook het kabelbaanstation van de kabelbaan van Leukerbad naar de Gemmipass. We volgen het pad op de rechteroever van de Daubensee en dalen af naar Schwarenbach met het 250 jaar oude Berghotel Schwarenbach, ooit een tolhuis en klein bergmeertje. Door een arvenbos en over Spittelmatte bereiken we Stock. Naar Kandersteg is het nu nog slechts een kleine 700 meter dalen. Je kunt hiervoor ook de kabelbaan nemen. Wij kiezen ervoor via het schitterende pad naar het Gasterntal af te dalen en zo naar Kandersteg te komen. Even binnenkijken bij restaurant Waldhus met zijn prachtige interieur loont de moeite.
DAG 2.
Kandersteg (1176m) - Oeschinensee (1578 m) - Hohtürli (2704 m) - Blümlisalphütte (2837 m)
Stijgen: ca. 1700 m.
De route van vandaag is pas het echte werk: voortdurend klimmen en weinig dalen. Over een steil zigzagpad onder de stoeltjeslift door gaat het in oostelijke richting. Vervolgens over een plateau en een smal pad door een bos van lariksen en dennen langs de Oeschinenbach naar de Oeschinensee, een donkerblauw meer in een diepe kom. Weldra heb je de indrukwekkende, langgerekte reeks rotswanden en bergtoppen van de Blümlisalphorn, Oeschinenhorn, Fründenhorn en als machtige hoekpijler de Doldenhorn in je gezichtsveld. Over de licht dalende weg bereik je het strand van de Oeschinensee.
Oeschinensee (1578 m)
Reeds in de 19e eeuw dweepten de schrijvers van reisboeken, romantici en alpenpioniers met dit hoog boven Kandersteg gelegen bergmeer. Ze lieten zich lyrisch uit over de "zoete idylle" en raadden alle bezoekers aan zeker een uitstapje over het diepblauwe meer op 1578 meter hoogte te maken. Het rustige bergmeer dat aan de ene kant wordt afgeschermd door alpenweiden en bergwouden en aan de andere kant door ontoegankelijke rotswanden, is werkelijk adembenemend mooi. De Blümlisalphorn, Oeschinenhorn en Fründenhorn verheffen zich met hun glinsterende ijsvelden als ware reuzen boven het dal.
Omhoog gaat het nu, echt omhoog, boven de boomgrens. Eerst een rotstrap. Dan tussen een chaos van huizenhoge rotsblokken. Hoger voorbij Ober Bergli. Over een voetbreed pad op een smalle graat. Links hoog oprijzende grijze rotsen, rechts de gletsjer van de Blümlisalp, de morenen, steile wanden. Dan over de smalle graat en zigzaggend door los puin een supersteile helling op. Je ziet het Hohtürli (2704 m) en de Blümlisalphütte (2837 m) al een hele tijd liggen, maar dichterbij komen? Ho maar!
Dan bereik je het Hohtürli. De hut staat nog eens tien minuten boven het Hohtürli in zuidoostelijke richting. Normaal gesproken ligt er op het Hohtürli altijd sneeuw. Afhankelijk van het jaargetijde kan er ook op andere plaatsen sneeuw liggen. Derhalve is naast de normale uitrusting voor een bergwandeling een handige, inschuifbare skistak of een pickel aan te bevelen. Stijgijzers en een touw zijn niet nodig. De Blümlisalphütte is een mooie hut, in 1990 grondig verbouwd
Blümlisalphütte (2837 m)
DAG 3.
Blümlisalphütte (2837 m) - Bundalp (1489 m) - Bürgli (1842 m) - Sefinenfurke (1612 m) - Boganggen (2039 m) - Brünli 91227 m) - Gimmeln (1813 m) - Mürren (1643 m)
Stijgen: ca. 1250 m.
Dalen: ca. 2480 m.
Voor de route van vandaag moeten we eerst terug naar Hohtürli. Daarna daalt de route bijna 1400 meter door gruis steil omlaag van Hohtürli. De eerste honderd meter is het pad beveiligd met staaldraden. Het gaat eindeloos naar beneden, richting Kiental. We dalen af naar Obere Bundalp en vervolgens langs de Bundbach tot de samenvloeiing met de Gamchibach. Hier slaan we rechts af naar Bürgli. Het pad klimt opnieuw naar de Sefinenfurke door bos, weiland en tenslotte gruis en steenslag. De laatste stijging van 200 m is zwaar en voorzien van staalkabel. Het pad gaat bijna recht omhoog en bereikt de smalle doorgang.
Boven op de Sefinenfurke laat je het Kiental achter je en kijk je het Lauterbrunnental in. Je hebt een prachtig panorama van de Alpen voor je . In de verte liggen de drie beroemdste toppen van de Berner Alpen: Jungfrau (4158 m), Mönch (4099 m) en Eiger (3970 m). Wat dichterbij sluit een imposante rij noordwanden het Lauterbrunnendal af: het zijn de flanken van de Mittaghorn (3895 m), Ebnefluh (3962 m) en de Gletscherhorn (3983 m). Dan dalen we af in noordoostelijke richting naar de hoogvlakte van Boganggen met enkele kleine bergmeertjes. Even verderop ligt de Rotstockhütte aan de voet van de Horn (2443 m). We zijn nu op de Alp Boganggen.
Verder naar het oosten komen we op de Alp Sefinen, in een ver verleden toebehorend aan het Klooster Interlaken. Het pad voert ons langs de helling van Wasenegg tot naar Brünli. Ook hier een geweldige rondblik op de bergtoppen van het Berner Oberland. Dan gaat het steil naar beneden naar de Schiltbach en vervolgens tot Gimmeln. In westelijke richting ligt de 2970 meter hoge Schilthorn, de berg met het ronde restaurant waar James Bond in de film " His Majesty's Service" heldendaden verrichtte in dienst van het Vrije Westen.
Van Gimmeln is het nog slechts een korte wandeling door bos en weilanden naar Mürren, het einddoel van deze 3-daagse bergwandeling.
KAARTEN:
- SLK 1:25 000 Blatt 1247 Adelboden
- SLK 1:25 000 Blatt 1248 Mürren
- SLK 1:25 000 Blatt 1267 Gemmi
- SLK 1:50 000 Blatt 263 Widstrubel
- SLK 1:50 000 Blatt 264 Jungfrau
Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".
Gegenereerd op 24-08-2002 door C.P.J. Aerssens