[IMAGE]

Met de herinneringen aan de wandelweek in de Morvan nog fris in het geheugen, maar weer helemaal gewend aan het dagelijkse ritme, prikkelt het prachtige nazomerweer ons opnieuw om op stap te gaan. Een aanleiding is snel gevonden: de week van het Brabants Landschap. Ook vorig jaar was dit een goede reden om de wandelschoenen voor de dag te halen. Nu staat in deze week van het Brabants Landschap het landgoed de Mortelen in de buurt van Oirschot centraal. Snel een rondje bellen en present melden zich op woensdag 24 september Jan, Jan-Willem, Peter en Charles. Bert moet opnieuw verstek laten gaan van wege zijn drukke werkzaamheden en Lorenz geniet op vrijdag zijn BaPo-dag en moet op die woensdag gewoon aan de bak.

Plaats en tijd van vertrek is 9.00 uur in Loon op Zand. Enige vertraging op de Maasroute zorgt ervoor dat 9.00 uur niet gehaald wordt. Het wordt iets later. Toch zitten we goed aan de tijd en is er zelfs nog koffie met koek, want om 10.00 uur kunnen we pas starten aan de Lopensestraat 3 in Oirschot. Via Tilburg-Noord en de snelweg naar Eindhoven is het met de goede routebeschrijving een fluitje van een cent. De route leidt ons door Oirschot over de Oude Grintweg, de weg van Boxtel naar Oirschot en de Fransman naar de boerderij van het Brabants Landschap aan de Lopensestraat no. 3. Bij aankomst blijken we niet alleen het idee opgevat te hebben op in de Mortelen te gaan wandelen. Het is al aardig druk op de parkeerweide, ook met mensen die de fietsroute voor hun rekening willen nemen. We kijken eerst even rond op de tentoonstelling en volgen de videofilm. De wandelroute blijkt voor ons wel een heel mager rondje te zijn, want 6,5 kilometer vinden we wat aan de korte kant. Charles heeft de topografische kaart in de rugzak zitten en we besluiten de wandeling uit te breiden met goed 4 kilometer.

Daarna gaan we op pad. Vanaf de boerderij aan de Lopensestraat no. 3 begint de wandelroute direct bij het infopaneel. Hier is een gele route van 5 km en een blauwe route van 3 km uitgezet. Het populierenlaantje brengt ons meteen in het landschapsreservaat van de Mortelen met kleinschalige afwisseling van bos, akkers, weilanden en houtwallen. Een gebied van 1074 ha tussen Oirschot, Boxtel en Best. De Mortelen is een fraai voorbeeld van het hoeven- of kampenlandschap. Dit ontginningslandschap ontstond in de loop van de 12e eeuw, aan de rand van (krans)akkerdorpen. Deze Iaatste waren tot stand gekomen door collectieve ontginning van bos tot heide en akkers. De toenemende bevolkingsdruk in de tweede helft van de Middeleeuwen zocht een uitweg in wildernisgebieden die men tot dan toe links had laten liggen. Vanaf de hoger gelegen akkerdorpen Oirschot, Hedel, Notel en Snepseind doken de kolonisten de nog maagdelijke Mortelen in, een moerasgebied met hier en daar dekzandkopjes. De Mortelen is niet op collectieve wijze ontgonnen, maar op individuele basis. Bij vererving werd elk der erflaters een deel van elke grondsoort nagelaten. De verschillende gebiedsonderdelen werden steeds verder opgedeeld. Het was niet zo dat de ene erflater het bos, de ander de akkers en weer een ander de beemden toegewezen kreeg. Ieder kreeg een deel bos, een deel wei en een deel akker. De eigendomsgrenzen werden vervolgens gemarkeerd door houtwallen en boomrijen.

De route verlaat het populierenlaantje en door een klaphek betreden we de weiden, op de kaart aangeduid met Schooringen. Het is een prachtig mozaïek van houtwallen, bosjes, boomrijen, akkertjes, bloemrijke graslanden en kronkelende paden en slootjes. Zo passeren we een grote knotboom die in dit weiland staat. Het is een steeliep. De leeftijd van deze steeliep is ongeveer 350 jaar. Alle iepen hebben een merkwaardige eigenschap: de bladvoet is altijd min of meer scheef m.a.w. het blad heeft een a-symmetrische vorm. Bladeren van de steeliep hebben een zeer scheve bladvoet. De bladeren zijn van boven lichtdonzig en van anderen bleker en donzig. De schors is voornamelijk grijs of bruin met brede ruggen en diepe groeven. De boom staat op een grens van hoog naar laag. In de streek sprak men dan van een 'heimschut' wat grensboom betekent. Het hout van de iep is zeer taai en is moeilijk te splijten. Het werd vroeger in Oirschot gebruikt voor stoelzittingen met name voor de "Oirschotse stoel".

Door een klaphekje verlaten we de weiden en slaan rechtsaf tot de volgende t-splitsing. Hier gaan we naar links in noordelijke richting. Ook hier een afwisseling van houtwallen, bosjes, boomrijen en weiland. Na goed een kilometer bereiken we een populierenbos. De populierenbossen zijn destijds aangeplant voor de klompenindustrie en staan op plekken waar voorheen de broekbossen stonden. Broekbossen met soorten als zwarte els, hazelaar, es en zwarte bes. In het voorjaar bloeien hier soorten zoals: de gele dovenetel, slanke sleutelbloem, speenkruid en bosanemoon. Het voordeel van populieren is dat deze bomen een onderbegroeiing verdragen waardoor de soorten die hier van nature thuis horen een goede kans krijgen om zich te ontwikkelen. Met name de soorten uit de broekbossen zoals zwarte els, es en hazelaar komen hier voor. Het pad waar we nu lopen is vrij vochtig. Dit komt omdat er leem in de ondergrond zit. Leem heeft als eigenschap dat het slecht waterdoorlatend is. Het water stagneert op het maaiveld, waardoor plassen ontstaan.

Opnieuw op een t-splitsing aangekomen gaat het even naar rechts tot we de fietspad bereiken die in noordoostelijke richting naar het gebied Woekens leidt en naar het oosten op de Liemptse Dijk uitkomt. Het is de Woekensesteeg. We kiezen voor de route naar rechts, naar de Liemptse Dijk. Even nog een koffiepauze bij de picknick plaats, die we tegenkomen. Op de Liemptse Dijk linksaf. Nu krijgen we asfalt onder de voeten. Het is een rustige landbouwweg. We zitten hier ten oosten van het landschapsreservaat De Mortelen in het gebied De Achterste Elzinge.

Bij de eerste gelegenheid kiezen we het pad links. We staan hier voor een slagboom bij het bord van Staatsbosbeheer landgoed Heerenbeek. Het pad brengt ons op het landgoed Heerenbeek en we lopen door tot voorbij het open gebied dat we aan onze rechterhand voorbijlopen. We zien hier duidelijk dat de belangrijkste vorm van bosbeheer: de omvorming van populierenopstanden tot veelsoortig loofbos, succes heeft. Op Heerenbeek reageren ook slanke sleutelbloem en eenbes gunstig op deze beheersmaatregel. Een deel van de bospaden en lanen op Heerenbeek wordt jaarlijks gemaaid, het maaisel wordt afgevoerd. Deze verschraling werkt gunstig voor brunel, knoopkruid, kruipend zenegroen, gulden boterbloem, slanke sleutelbloem, donkersporig bosviooltje en eenbes. Dergelijke paden zijn tevens het leefgebied van de hazelworm.

Op de kruising voor het bos rechtsaf het zandpad in. In de verte op iets meer dan 500 meter horen we de treinen voorbij razen van het spoortraject 's Hertogenbosch - Eindhoven, visa versa. De eerste weg links tot we aan een sloot komen. Onder normale omstandigheden zal hier beslist water staan, maar met de droogste zomer sinds mensenheugenis is de sloot droog. We gaan in westelijke richting tot aan de fietspad. Hier vinden we een uiterste geschikt plaatsje voor de middagpauze, gezeten op een stapel net gerooide populieren. De lunchpakketten en de thermosfles komen uit de rugzak en we genieten van de warme zonnestralen die door de kalende boomkruinen vallen.

Als we na de een half uurtje opbreken staan we plotseling bij de boerderij en het witte landhuis van Heerenbeek. Het landhuis schittert je van nieuwheid tegemoet, want in 1998 is Heerenbeek tot de grond toe afgebrand en net pas weer opgebouwd. We vervolgen het bospad, met de mooie naam Woekense Steeg, en bereiken Woekens. Zo zijn we opnieuw in het gebied van de Mortelen en komen op de route van het Brabants landschap. Net voor we bij het informatiebord over de Mortelen aan de Van Coehoornweg aankomen, passeren we een waterloop. Ook deze staat zo goed als droog. Op dit punt bij de waterloop zien we aan de linkerzijde een puinstuw in de waterloop. De puinstuw is niet helemaal waterdicht. Ondanks dat de stuw niet 100 % dicht is wordt het water toch opgestuwd en zorgt er zo voor dat het water langer in het gebied blijft. Een bijkomend voordeel is dat gebiedseigen water, dat goed van kwaliteit is, meer gebufferd wordt. In het kader van het antiverdrogingsbeleid van de provincie is de waterloop ondieper gemaakt, waardoor de drainerende werking is afgenomen. Door deze maatregelen wordt het gebied vochtiger hetgeen belangrijk is voor de plantensoorten die dergelijke milieu's als standplaats hebben (zoals o.a. knolsteenbreek).

Aan de Van Coehoornweg passeren we een typische Brabantse langgevelboerderij. Even in noordelijke richting en dan linksaf en meteen naar rechts. Deze route staat aangegeven met gele driehoekjes. We wandelen nu langs de noordoost rand van het gebied de Mortelen.Zo komen we op het zandpad De Smalzij. Na het bos volgt een smal pad naar links langs akkerland en weiland. Hier hebben we in de verte zicht op de Oirschotse Weg naar Boxtel.

We komen langs een weiland met de poel. In 1985 lagen in De Mortelen nog 105 veedrinkpoelen, waarvan nog slechts 13 geschikt waren als voortplantingsplaats voor amfibieën. Sindsdien zijn verlande poelen hersteld en vele nieuwe gegraven. Tegenover die plek staat een hakhoutbosje welk kort geleden is afgezet. Er zijn een aantal bomen gespaard als overstaanders. De kapcyclus van dergelijke houtbosjes ligt tussen de 8 en 12 jaar. Het periodiek verwijderen van de houtachtige begroeiing is belangrijk voor de voorjaarsbloeier zoals slanke sleutelbloemen maar ook voor diverse zangvogels welke voorkomen in struikachtige begroeiingen. Dit is het landschap dat zo karakteristiek is voor de Mortelen. Slingerend loopt de route in zuidelijke richting tot we aan de Oude Steeg komen. Veel weggetjes heten hier 'steeg'. Stegen zijn stijgende weggetjes. Door voortdurende ontwatering en daarbij horende klink van de lage, venige delen, stegen ze relatief ten opzichte van de omgeving. We volgen de Oude Steeg, gaan voorbij aan de Echteldonkse Steeg en slaan linksaf de Termeidesteeg in.

We lopen door tot aan een rustbank. Even verderop zien we door de bomen de boerderijen en stallen die in het buitengebied Hoydonk liggen. In het warme herfstzonnetje genieten we van de rust die dit landschap uitstaart en hebben aanspraak van fietsers en wandelaars die voorbij komen. We vervolgen bij deze bank zuidwaarts het pad dat direct op de linkeroever ligt van een afwateringssloot, die onder normale omstandigheden zeker niet droog zal staan. Het is een van die brede en diepe zuid-noord lopende watergangen om gronden in het zuiden van De Mortelen te ontwateren. Zij ontwateren niet alleen het verruilkavelde gebied, maar ook, onbedoeld, De Mortelen. Maar gelukkig zijn vanaf 1995 met medewerking van Waterschap De Dommel de waterlopen met enkele stuwen en puindammen verhoogd.

Even verderop wanen we ons in het Limburgse land als we door een aantal "stegelkes", de daar welbekende draaihekjes, tussen de weilanden en bossages door richting startpunt lopen. We zijn hier in een wat hoger gebied dat op de topografische kaart vermeld staat met 'Beerendonken'. De afwisseling tussen hoog en laag is niet alleen te zien in het veld, maar ook af te lezen aan de toponiemen. Dit heeft alles te maken met zandopduikingen (dekzandruggetjes), 'donken' genaamd. Deze 'donken' zijn in tal van namen terug te vinden, zoals Beerendonken, Vinkendonken of Ravendonk.

Door de weilanden, nagestaard door herkauwende koeien, komen we pal voor de boerderij van het Brabants Landschap aan de Lopensestraat 3 uit. Terug zijn we op het startpunt van vanmorgen. Hier gonst het nu van allerlei activiteiten voor de jeugd, die op hun vrije woensdagmiddag het druk doende is nestkastjes in elkaar te timmeren of slootwater te bestuderen. Nog even rondneuzen voor we besluiten op de terugweg een terrasje te pikken op de markt in Oirschot. Via de Papketel, de Fransman en Oude Grintweg zijn we zo in het centrum van Oirschot. Als we binnen wippen bij de plaatselijke VVV voor nog enkele wandelroutes, blijkt "September wandelmaand" ons de verschillende wandelkaartjes tegen gereduceerd tarief te kunnen aanbieden. Dit betekent in elk geval dat we nog eens terugkomen in dit prachtige gebied. Op het terrasje van de Zwaan genieten we ter afsluiting van opnieuw een geweldige wandeldag van een heerlijk koel pilsje en tegen 16.00 uur is iedereen terug op zijn thuisbasis.

Charles Aerssens
29 september 2003



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 25-06-2003 door C.P.J. Aerssens