[IMAGE]

In de aanloop naar de herfstvakantie 1996 toe duurde het even voordat de vaste kern van de L.A.W.V. "Via Via" rond de tafel zat om de plannen voor een nieuwe etappe langs de Ourthe door te spreken. Charles had al wel in september een telefoontje gepleegd met de familie Daco om het vakantieverblijf "Le Fournil" in Laidprangeleux vast te leggen. Opnieuw konden we over deze rustieke Gîte Rural beschikken tijdens onze tweedaagse wandeltocht in de Belgische Ardennen. Dit werd ons nog eens schriftelijk bevestigd. De voorwaarden waren dezelfde als de afgelopen jaren: een huur van BRF. 1500,- en zorgen voor eigen lakens en slopen.

Er werd dan ook geen ledenvergadering uitgeschreven en tijdens de middagpauze op school was er voldoende tijd om plan-de-campagne te maken. Onze interim-voorzitter Jan deed daarbij alle mogelijke moeite om alles in goede banen te leiden. Naast de harde kern van de 4 vaste leden was er opnieuw de mogelijkheid voor anderen om in te schrijven op deze Ourte-wandeling deel 4. Marion had geen bedenktijd nodig en meldde zich meteen aan, zeker aangemoedigd door Bert, die anders wellicht onderweg ook weer zo nu en dan zou moeten bellen!! Ja, Bert, we weten hoe dat het afgelopen jaar was! Charles kan hierover ook al jaren meepraten. Maar dit jaar zou het uitstapje een primeur beleven: voor het eerste zou mobiel bellen mogelijk zijn. We hadden al enige ervaring tijdens de bergtrektocht in Zwitserland van het vorige jaar, zij het wel met wisselend succes. De digitale techniek zou verder binnen treden in onze vereniging. Succes leek verzekerd!!

Een week voor vertrek was definitief duidelijk dat we met 5 personen richting Ardennen konden vertrekken. Marlien zou door omstandigheden verstek moeten laten gaan omdat ze voor enkele dagen naar nog zonniger oorden vertrok. We vonden dit bijzonder jammer omdat we nu opnieuw haar overheerlijke appeltaart moesten ontberen.

Op donderdagmorgen 24 oktober 1996 was om 6.00 uur vanuit Zevenbergen het vertrek gepland. Voor Jan was dit gelukkig dicht in de buurt en van enige vertraging was geen sprake. Bert, Marion en Jan waren dan ook op tijd in Oosterhout om Peter op te halen en vervolgens richting Loon op Zand te vertrekken. Daar dook een eerste probleem op: omdat het nog donker was (de wintertijd zou pas eind oktober ingaan) wisten plotseling de inzittenden van een witte Opel niet meer waar ze Charles moesten ophalen. Van enige paniek was hier gelukkig geen sprake. Charles had immer de auto al gehoord en gezien oord en gezien en stond te wachten naast de glasbak. Iets na 7.00 uur vertrok een afgeladen auto met 5 personen in zuidelijke richting, hopende onderweg naar de wandelbestemming niet te veel oponthoud te krijgen door files.

Tot Maastricht zorgden de verschillende wegwerkzaamheden voor weinig oponthoud en reden we in een rustig tempo naar Luik. Bij sommigen kwam nu wel de behoefte boven naar een kopje koffie. We besloten de eerste gelegenheid die we tegen zouden komen aan te doen. Maar net over de Belgisch-Nederlandse grens was het wegrestaurant nog gesloten. Gelukkig zorgde het cafeïnegebrek nog niet voor ontwenningsverschijnselen. Charles maakte meteen van de gelegenheid gebruik om het Belgische Telecom Net te testen. Mobiel bellen was hier geen probleem.

Door Luik verliep de reis wat moeizamer. Er was druk verkeer en de stoplichten zorgden voor enige vertraging. Maar eenmaal op de "Route des Ardennes" ging het opnieuw soepel. Binnen drie kwartier zaten we op de Baraque de Fraiture. Vanhier uit was het nog slechts een 15-tal kilometer naar Nadrin, waar we de auto parkeerden bij hotel Bellevue, vlakbij de Roche du Herou. Hier hadden we het vorige jaar de tweedaagse Ourthewandeling afgesloten, nu werd het ons vertrekpunt. Hier was er dan ook eerst koffie met een flink stuk appeltaart met schuimslagroom. Deze kon bijna tippen aan die van Marlien!

Tegen 11.00 uur hesen we ons in de wandelschoenen en pakten de rugzakken met het proviand en drinken. Nu konden we vertrekken. Maar Charles wilde eerst nog even het thuisfront bellen om te zeggen dat alles tot nu toe vlopen was en natuurlijk ook om even het mobiel bellen uit te proberen. "Echt een leuk speeltje!" volgens onze interim-voorzitter. De techniek liet ons niet in de steek en na een laatste groet aan het thuisfront gingen we op pad. Vanaf de rotsformatie Le Herou ging het meteen linksaf, steil dalend over een smal bospad in de richting van de Ourthe. Deze volgden we aan de noordoever stroomopwaarts. Na goed een kilometer verliet het pad de Ourthe en volgde er een pittige klim in noordoostelijke richting tot we de laatste huizen van Ollomont bereikten. Over en verharde weg liepen we zuidwaarts. De asfaltweg werd een slecht verhard karrenspoor dat in de weilanden eindigde. Tussen de weilanden door liep nu de groen gemarkeerde wandelroute terug naar de Ourthe. We volgden dit pad op de oever tot aan de stenen brug van de doorgaande weg naar Nisramont. De weg overgestoken kwamen we meteen op de grote parkeerplaats aan de Barrage de Nisramont. Hier stonden de nodige auto's geparkeerd van Nederlandse dagjesmensen, die hier kwamen kijken naar de stuwdam in de Ourthe en wellicht zich ook nog enkele honderden meters waagden op de wandelroute van 13 kilometer rondom de hier opgestuwde Ourthe. Het gevormde stuwmeer voorziet het hele gebied van de Ourthe en de Aisne van drinkwater en dient tevens om de waterstand van de Ourthe bij droogte op peil te houden. We hielden even halt voor een korte pauze en vervolgden daarna onze route langs de Ourthe.

Pas na een kwartiertje lopen over een goed bospad, dat ons hoog langs de Ourthe leidde, besloten we op een zonnig plekje met een prachtig uitzicht op het riviertje onze middagpauze te houden. Het was inmiddels 13.00 uur geworden. Jan waande zich aan de Costa Brava en liet zich in de warme middagzon met opgestroopte mouwen het brood goed smaken. Al gauw waren we in een stevige discussie verwikkeld over wat we nu onder beschaving zouden moeten verstaan. Natuurlijk kwamen we er niet uit. We waren er wel van overtuigd dat het in elk geval niet bestond uit "het eten van een perzik met een fruitmesje en fruitvorkje". Maar geen nood we hadden nog heel wat kilometers af te leggen en zouden zeker nog eens op dit discussiepunt terugkomen.

De inwendige mens gesterkt ging het vervolgens verder over dit gemarkeerde pad, dat ons zo nu en dan via steile trappen over kale rotsformaties voerde. Naar beide zijden hadden we een prachtig uitzicht. Aangekomen bij het uitzichtpunt Les Deux Ourthes konden we duidelijk zien hoe de Ourthe zich hier vertakte in een westelijke en een oostelijke arm.

Wij zouden vanhier uit de oostelijke tak verder stroomopwaarts volgen. Het bospad ging na goed een kilometer over in een bredere weg tot aan een kleine stuw met loopbrug. Het lag in de bedoeling deze brug over te steken en op de andere oever onze weg te vervolgen naar de brug van Renziwe. Zo gezegd, zo gedaan. Maar na een half uurtje lopen werd de route versperd door roodwit markeringslint en plakkaten op de bomen met de mededeling: Passage Interdit - Chasse. We besloten te doen alsof onze neus bloedde. Maar even verderop was er opnieuw een afzetting met dezelfde mededelingen. De jacht gold alleen voor de dag van vandaag!! Goede raad was duur en Bert stelde voor om kousen en schoenen uit te trekken, de Ourthe te doorwaden en op de andere oever verder te lopen. Alleen hij vond dit een goed idee en dus zat er niets anders op dan terug te keren naar de loopbrug over de stuw. Je kunt je voorstellen dat we nu even geen oog hadden voor de prachtige herfstkleuren van de ons omringende natuur.

Zo ging het vanaf dit punt opnieuw langs de noordelijke oever stroomopwaarts. Onderweg kwamen we nog een paar groepen wandelaars tegen en hielden we nog even halt voor een rust- en plaspauze. Toen we enkele wandelaars inhaalden kwamen we op een punt waar de route niet meer zo duidelijk was. Het pad direct langs het water was verdwenen en grote aantallen ongekapte bomen zorgden voor het nodige oponthoud. Hier moesten we ons letterlijk een weg banen. We zochten het wat hoger op, maar hielden wel duidelijk zicht op het water onder ons. Uiteindelijk werd het pad weer begaanbaar en kwamen we langzaam in de buurt van de Ancienne Moulin de Rensiwe. We verlieten het modderige bospad en door drassige weiden kozen we voor de eerste verharde weg in noordelijke richting. Deze bracht ons naar de grote doorgaande weg van Houffalize naar Samrée. Eenmaal op deze weg aangekomen maakten we nog een kleine pauze om te drinken en wat te eten.

Vanhier bereikten we binnen 10 minuten Petit-Mormont, een gehucht dat bestond uit enkele huizen en een café. Hier werd geen halt gehouden, omdat de tijd begon te dringen en we nog 4 KM voor de boeg hadden. De vermoeidheid werd merkbaar en ook de knieën lieten zich voelen. We verlieten de grote weg en over goed geasfalteerde binnenweggetjes ging het via Filli naar Ollomont. Hier kwamen we op een stuk van het traject dat we ook 's morgens al hadden gelopen. Bij het kerkhof aangekomen sloeg de vermoeidheid en de last van de knieën pas echt goed toe. Marion en Jan besloten hier op een bankje te blijven wachten, terwijl Bert, Peter en Charles de laatste kilometer naar de auto aflegden. Bert zou de beide wachtenden ophalen. Peter en Charles deden zich intussen al tegoed aan een dorstlessend Belgisch biertje van het merk Chimay in afwachting van de anderen. Deze waren al snel ook in hotel Bellevue om de vermoeienissen van de wandeldag weg te spoelen met eenzelfde overheerlijk biertje.

Het werd nu ook langzaam tijd om ons nachtverblijf op te zoeken. Daarvoor moesten we eerst naar Bois de Tave 1 om bij de familie Daco de sleutel op te halen van de Gîte Rurale "Le Fournil". Anne-Françoise Daco reed ons voor, nam de meterstand op en vertelde ons waar we het hout voor de kachel konden vinden. Wij installeerden ons gezellig rond de houtkachel, die al op temperatuur was. Nu was het echt tijd om de benen te strekken, een stukje franse kaas te eten en aan een heerlijk glaasje Glühwein te nippen. Onder een warme douche verdwenen de vermoeienissen snel en daarna konden we aan tafel voor een overheerlijke goulashmaaltijd met rijst en een glas rode wijn. Als nagerecht hadden we vruchtenyogurth. Marion had goed gezorgd en iedereen liet het zich goed smaken. Inmiddels was het al wat later op de avond geworden en werden de oogjes steeds kleiner. Een echte discussie over het onderwerp van die dag: "Wat is beschaving?" kwam niet meer van de grond. Zelfs de televisie bleef uit en rond middernacht ging iedereen onder zeil, moe maar voldaan. Jan had speciaal om zijn nachtrust niet laten bederven door het gesnurk van zijn kamergenoten oordopjes meegenomen. Of die ook geholpen hebben heeft hij ons niet verteld!! Maar geslapen hebben we allemaal goed.

De morgen van die vijfentwintigste oktober was iets minder zonnig als de dag ervoor. Als om 8.00 uur stonden we naast ons bed. We hadden ruimschoots de tijd om ons te wassen en te scheren en ons vervolgens aan een overvloedige dis te zetten voor een stevig ontbijt. Jan had ervoor gezorgd dat we of jam, vlees en worst konden kiezen. Natuurlijk ook kaas. Gelukkig was er geen koninginnesoep!! Marion vertelde waarom het zo belangrijk was om een goed glas melk te drinken. Immers osteoporose zou bij iedereen op latere leeftijd toeslaan en daar moesten we ons nu al tegen wapenen. Ook Charles, die anders nooit melk drinkt, liet zich overtuigen. Maar later op de dag zou blijken dat hij hieraan niet zo'n prettig gevoel zou overhouden: een winderige turbo legde hem een snel wandeltempo op!

Precies volgens afspraak meldde zich Anne-Françoise zich om 9.30 uur. De meterstanden werden opnieuw genoteerd en de eindafrekening gemaakt. We namen afscheid en verroken naar Houffalize via Barraque de Fraiture en de autosnelweg naar Bastogne. In Houffallize parkeerden we de auto in het centrum. Het was in dit pittoreske centrum van de Boven-Ourthe nog erg rustig en slechts een enkele toerist was onderweg. Met enigszins stijve kuiten togen we op pad, nadat Charles nog eerst contact had opgenomen met het thuisfront. Ook vanaf hier was de bereikbaarheid goed.

Het was de bedoeling om vandaag de Ourthe stroomafwaarts te volgen tot aan de Pont de Rensiwe, het verste punt van de vorige dag. Al snel hadden we de laatste huizen van Houf-falize achter ons gelaten in de richting van La Roche en voorbij de school, waar de kinderen aan de ochtendpauze bezig waren, sloegen we links af. Meteen klom de weg en ging naar een paar honderd meter over in een onverhard bospad. Rechts onder ons lag een camping en zagen we nog even de Ourthe stromen. Binnen de kortste keren zaten we in het bos. Overal verspreid stonden hier cantharellen, maar het had weinig zin ze nu te plukken. Wellicht was zelfs ook verboden. We hadden er weer een stevige pas in en weldra bereikten we de autosnelweg. Onder de hoge bogen door liepen we in westelijke richting, dit keer de roodwitte markering van de GR57 volgend. Hierdoor liepen we eigenlijk onbewust weg van de oevers van de Ourthe. Dit bemerkten we te laat en dus moesten nu ons plan aanpassen.

Toen we de bebossing achter ons hadden, zaten we op een Ardeense hoogvlakte met landbouwgronden en weilanden. We liepen in de richting van Bonnerue. Bij de eerste huizen aangekomen sloegen we rechts af en kozen voor en weg die ons weer in de richting van de Ourthe moest brengen. Bij de eerste gelegenheid om een onverharde weg te kiezen sloegen we links af een diep en modderig karrenspoor in. Door weilanden waar we werden nagestaard door blauwgrijze koeien, bereikten we de steile beboste helling aan de zuidzijde van de Ourthe. Hier ging het eerst bijna loodrecht naar beneden en vervolgens over een drassig stroompje op handen en voeten weer omhoog. Er werd een duidelijke aanslag gepleegd op onze knieën. Marion bleek hiervan steeds meer last te krijgen. Eenmaal op de verharde weg naar de Pont de Rensiwe ging het een stuk makkelijker. Bij de brug aangekomen was er tijd voor een fikse rustpauze. Er was tijd voor koffie, een broodje en voor de liefhebbers een "condor". Jan wilde van de wandelaars een foto maken en zoals het een goed fotograaf betaamt waren daar zelfs close-ups bij. De resultaten moeten nog blijken.

Op dit punt zaten we het verst van Houffalize en we wisten dat we nog zo'n 8 KM te lopen hadden. Goed uitgerust begonnen we aan deze laatste etappe. De eerste kilometer ging over de verharde weg in de richting van Houffalize. Hier stonden langs de weg rode trossen bessen op een hoge steel. Charles dacht dat dit uitgebloeide orchideeën waren. Peter kon dit niet meteen in de flora vinden. Uiteindelijk bleken dit uitgebloeide gevlekte aronskelken te zijn, een plantensoort die vrij zeldzaam is.

Over een breed bospad volgde nog een laatste pittige klim naar een hoogte van 400M. Over een afstand van 1 KM moest er 100M geklommen worden en dit bezorgden de wiskundigen in het gezelschap de nodige hoofdbrekens om de hellingshoek of het stijgingspercentage te berekenen. Gelukkig stond er boven een houten bouwval met enkel banken, waar Jan op een kladpapiertje voor ons kon uitrekenen hoe dit probleem kon worden opgelost. Tevens werd hier nogmaals de discussie gevoerd hoeveel hartslagen een tachtigjarige gedurende zijn leven zou hebben kunnen produceren. Het hoofdrekensommetje leverde onderweg te veel verschillende oplossingen op. Met een kladje erbij bleek uiteindelijk 5 miljard een acceptabel aantal.

Uitgerust gingen we weer op weg. Bij het naderen van een wei met een groot aantal koeien werden we verwelkomd door een luid geloei. De beesten stonden wat onwennig in de wei en hadden wellicht zo'n illuster gezelschap niet verwacht. Verder ging het en we naderden weer de grote weg van Mont naar Achouffe. Op de kruising kozen we voor de kortste weg naar Houffalize. Een lange daling en een korte klim door een holle weg bracht ons op een punt, vanwaar we zicht hadden op de autosnelweg naar Bastogne. Nu volgde er alleen nog en lange afdaling onder de autosnelweg door naar Houffalize. De vermoeidheid sloeg pas echt goed toe, toen we de eerste huizen bereikt hadden en diep onder ons Houffalize zagen. Nu moesten we nog de steile weg nemen, die ons terug bracht in het ardennenstadje tot bij de auto. Maar ook die laatste hindernis overwonnen we en moe, maar voldaan konden we de wandelschoenen uit doen. Nu werd het tijd om een stevig drankje te nuttigen. Het eerste café dat we tegenkwamen werd aangedaan en bijna uitgeteld strekken we neer op de stoelen en lieten ons het bier en de Pernod goed smaken.

Even na 16.00 uur verlieten we Houffalize. Via de Baraque de Fraiture waren we in een goed half uur over de "Route des Ardennes" alweer in Luik. Deze keer ging het niet zo soepeler als de vorige dag toen we weinig last van de ochtendspits hadden gehad. In Luik was het aanschuiven geblazen en op een bepaald punt was ook nog een aanrijding. Filevorming alom en dit vroeg enig geduld. Dankzij de uitstekende navigatie van Bert konden we toch flink opschieten. Van Luik naar Maastricht ging zonder problemen. In Maastricht werd het weer drukker en er waren ook files richting Eindhoven. Gelukkig hadden we al besloten in Maastricht te gaan eten. Bert bracht ons via de kortste weg naar een uitstekende parkeergelegenheid achter de Van Eyckacademie. Het leek wel of hij hier iedere dag kwam. Nog slechts 100 m waren we van het eetcafé "Le Connaisseur" verwijderd. In een gezellige ambiance sloten we deze beide wandeldagen af onder het genot van een heerlijke hap en een stevig drankje. We konden terug zien op gezellige wandeldagen met volop zonnig herfstweer, een afwisselend wandeltraject en soms stevige discussies, maar binnen de regels van de "beschaving".

Om 19.15 uur verlieten we Maastricht. Charles belde nog even naar Loon op Zand met de vraag of tegen 21.00 uur de koffie klaar stond. Zonder files en in een soepel tempo arriveerden we op de afgesproken tijd in het Brabantse land, waar de koffie goed smaakte en even later de laatste reizigers richting huis vertrokken. De herinneringen aan deze beide wandelwagen werden goed opgeborgen en vol plannen zat iedereen al weer voor een volgende onderneming.

Charles Aerssens
28 october 1996



Lange Afstand Wandelvereniging "VIA-VIA".

Gegenereerd op 11-03-2005 door C.P.J. Aerssens